Alweer terug uit Thailand schrijf ik op het Spaanse achterdek toch nog een Thailand Blog… Over de koning, de charismatische en razend populaire Bhumibol. ‘t Is ook niet niks, zeventig jaar regeren! Waar je ook kijkt, je ziet overal het vriendelijke gezicht van deze vorst. Op metershoge affices op gebouwen, langs snelwegen en op de luchthaven.

Elke dag schalt het volkslied uit speakers bij (semi) overheidsinstanties. Je kunt er de klok op gelijk zetten, precies om 8 uur ‘s morgens en om 6 uur ‘s avonds. Elke Thai staat op en blijft respectvol staan. Zelfs op de Sunday Market in Chiang Mai. Na de laatste tonen van het nationale lied worden gesprekken weer hervat en slentert iedereen weer langs de kraampjes. Het maakte een grote indruk op me.

Net als afgelopen oktober. Koning Bhumibol lag op zijn sterfbed en heel Thailand leefde mee. Na zijn overlijden was er veel verdriet en het hele land was in rouw gedompeld. Alle foto’s van de vorst werden vervangen door zwart/wit exemplaren. Alle overheidsgebouw en scholen werden versierd met kunstig geknoopte zwarte en witte satijnen linten.

Ambtenaren en alle juffen dragen een jaar lang zwarte kleding. In elke shopping mall vind je dan ook rekken vol met zwarte broeken, overhemden, rokken en jurken. En als je toch je 7Eleven tenuutje moet dragen omdat je in deze supermarktketen werkt, draag je een zwart strikje à la Pink Ribbon op je mouw.

Vorige week namen we de vroege nachttrein naar Bangkok. We vertrokken al om half 4 ‘s middags uit Chiang Mai. We bleven verdacht lang op een stationnetje staan. ‘Pech… net als een paar jaar geleden, toen we ‘s nachts vijf uur lang stilstonden’, dacht ik nog. Maar nee, het was 18.00 uur. Iedereen stond op, in de trein en op het perron. Op een paar toeristen na. Ze bleven op een stationsbankje luidruchtig keuvelen. Ik keek ze doordringend aan, maar het ontging ze finaal. Jammer… maar gelukkig zijn deze kletsmajoren een uitzondering op de regel!